PROGRAMMA NASSAUDAG 2025

Binnenstad

Na een spectaculaire openingsact om 11.00 uur op de Grote Markt verzorgt de stichting House of Wax een historische demonstratie middels een stoet in het kader van de Nassaus.

De tocht start op de Kasteelplein en voert door het historische centrum van de stad.

Tijdens en na de tocht zal een deel van de stoet gedurende de Nassaudag op diverse locaties demonstraties geven, acts uitvoeren en zal, waar nodig, uitleg geven.

De Legendejagers zullen verspreid over de stad ‘verhalenvertellers’ in zetten, die het verhaal van de Nassaus in relatie tot Breda, maar ook de nodige anekdotes, zullen vertellen.

Verspreid over de binnenstad worden ook muzikale en theateracts voorzien, uitgevoerd door muzikanten middeleeuwse muziekgroepen, individuele muzikanten en theatergroepen worden uitgevoerd.

Binnenstad

Breda heeft een prachtige historische binnenstad met leuke pleinen, terrasjes, cafes, restaurants, winkels musea en culturele hotspots. Centraal ligt de Grote Markt met de Grote Kerk. Breda is al eeuwenlang gerelateerd aan het Huis Nassau en Oranje-Nassau, daarmee aan het Koninklijk Huis.

In 1403 kregen de Nassaus de Baronie van Breda in handen. Breda was hun machtsbasis en de residentiestad van uiteindelijk de familie Nassau-Breda (1404- 1533) en Willem van Oranje-Nassau (1533 – 1584). De adellijke invloed van de Nassaus is nog altijd zichtbaar in Breda. Vele gebouwen en monumenten zijn goed bewaard gebleven, zoals het Kasteel van Breda (nu: KMA), het Spanjaardsgat met de Duiventoren en de Granaattoren, de Grote- of Onze Lieve Vrouwe  Kerk, het Begijnhof, tientallen hofhuizen, een jachtslot en het stadspark Valkenberg.

Grote Kerk

In de kerk worden rondleidingen georganiseerd door het Gilde De Baronie, om het rijke culturele karakter van de kerk nader toe te lichten. Tevens is het mogelijk de toren te beklimmen, (NB. Alleen personen ouder dan 12 jaar) ook onder begeleiding van het Klokkenluidersgilde Breda.

Tijdens de Nassaudag vindt tevens de tentoonstelling ‘Nieuwe Perspectieven’ plaats.

In de avond zal de Nassaulezing plaats vinden, aanvang 19.30 uur. Deze lezing zal worden gegeven door dhr. Luc Panhuysen, historicus en journalist, met als thema ‘Stadhouder-koning Willem III: wereldleider in roerige tijden.’

Grote Kerk​

In 1430 komt het Hertogdom Brabant bij Bourgondië. De Bredase Nassaus behoren hier tot de hoogste adel en zijn lid van de ‘Orde van het Gulden Vlies’, El Toison d’oro, ingesteld door de Vlaming en grondlegger van het machtige Bourgondië, Philips de Goede.

De kerk is het meest gave voorbeeld van Brabantse gothiek. Het is een gebouw met een rijk cultuurhistorisch verleden. Niet alleen de imposante architectuur aan de buitenzijde van het gebouw, maar ook de in de kerk aanwezige monumenten, gewelf- en muurschilderingen maken het gebouw tot het belangrijkste monument van Breda.

In de kerk zien we de in de Prinsenkapel een met bladgoud bekleed plafond.  de Nassaugraven met het mausoleum, de ridders van het Gulden vlies, het wapen van Breda met de drie Andries(X)kruisen, muurschilderingen van de Heilige Christoffel en de Blijde boodschap aan Maria (de annunciatie), en meer invloeden uit de periode van de rijke Bourgondisch pracht.

Gilden waren in de Middeleeuwen beroepsverenigingen: het Gilde van de Herbergiers, het Gilde van de Schoenmakers, het Gilde van de Boogschutters. Het waren beschermde beroepsgroepen met eigen privileges, regels en normen en waarden. In de Grote Kerk hadden veel gilden een eigen kapel met een altaar en prachtige muurschilderingen, de nissen rondom het middenschip. Die van het Boogschuttersgilde en het Lakenkopersgilde zijn in de Grote Kerk bewaard gebleven.

Het Kasteel van Breda

Het publiek kan op het Kasteel terecht voor de informatie over zijn oudste bewoners en daarvoor aansluiten bij een van de rondleidingen die de mogelijkheid bieden het Kasteel en het Blokhuis écht te leren kennen. Via deze rondleidingen komt voor even het verborgen verleden aan het licht en kan het publiek zelf komen kijken welke geschiedenis schuilgaat achter de normaal gesloten vloeren en muren van het kasteel van Breda.

Op de parade zullen diverse demonstraties gegeven worden en zal re-enactment plaats vinden

Het Kasteel van Breda

Het Kasteel van Breda heeft een gracht en vier hoektorens (1350). Werd gebouwd door Jan van Polanen I van Breda. Nieuwe inzichten veranderen de stad naar een sterke vestingstad met een Renaissancepaleis, een Palazzo in Fortezza. In 1536 gaf Hendrik III van Nassau de opdracht tot de bouw van een groots renaissancekasteel met twee binnenplaatsen.

De architect was Tommaso Vincidor da Bologna, een leerling van Rafael. Hij en de Spaanse Mencia de Mendoza verbouwen het kasteel naar voorbeeld van haar ouderlijk paleis in  La calahorra (bij Grenada). Mencia was de derde echtgenote van Graaf Hendrik III van Nassau en schathemeltje rijk. Het paleis krijgt een wereldse allure en is modern. Licht met een binnenplaats met zuilen, een rijkversierde trap, een Ridderzaal, het blokhuis, een prachtige watermolen, een hofkapel en is omgeven door bossen om te kunnen jagen.

Vanaf 1826 is het kasteel het domein van de Koninklijke Militaire Academie (KMA).

Kasteelplein

Voor het kasteel, op het Kasteelplein, zal House of Wax een historisch manege inrichten. Vanaf het Kasteelplein biedt HOW de mogelijkheid aanbieden om een korte rondrit met een koets te maken.

Ook op het kasteelplein is het Wilhelminapaviljoen geopend voor het publiek. In het Wilhelminapaviljoen is een tentoonstelling van de Historische Vereniging KMA te zien.

Kasteelplein

Dit plein en de Catharinastraat zijn zeer in trek bij de hoge adel, priesters, adviseurs en diplomaten aan het Hof maar ook kunstenaars en wetenschappers.

Immers hoe dichter bij het hof hoger de positie.

Het standbeeld (1921) van Stadhouder Willem III (1650 – 1702)  op het Kasteelplein in Breda werd opgericht vanwege de nauwe banden van de stad met het koningshuis. Hij was Heer van Breda. Door zijn huwelijk met prinses Maria Stuart II werd hij o.a. Koning van Engeland.

Begijnhof

Het Begijnhof is ook vandaag de dag nog een oase van rust midden in het centrum van de stad. De locatie van het huidige begijnhof is door de Nassaus bepaald. Vanaf Johanna van Polanen geniet het Bredase Begijnhof bijzondere bescherming van het huis Van Nassau. De kruidentuin is uniek in haar soort. Rondleidingen met toelichting zullen worden gegeven.

Het Begijnhofmuseum is voor de gelegenheid vrij toegankelijk voor het publiek tussen 12.00 en 17.00 uur.

. Om 12.30, 14.30 en 16.30 uur vinden in de Begijnenzaal voordrachten plaats van het epische gedicht Het Hof, geschreven door Bauke ‘Freiherr’ van Halem, Factor van de Bredase rederijkerskamer Vroechdendael. Het gedicht handelt over de meer dan 750-jarige geschiedenis van het Bredase Begijnhof. De voordracht is een primeur aangezien het gedicht pas in september in boekvorm verschijnt.

Begijnhof

Het oorspronkelijke Begijnhof werd in 1267 gesticht op een perceel geschonken door Hendrik V, heet van Schoten en Breda. Het bevond zich op het huidige Kasteelplein. Rond 1533 besloot graaf Hendrik III van Nassau het Kasteel uit te breiden tot een renaissance-paleis met als gevolg dat de begijnen weg moesten. Als nieuwe locatie bood hij de begijnen een perceel aan achter de Wendelinuskapel. In 1535 verhuisden de begijnen naar het huidige begijnhof aan de Catharinastraat.

Het begijnhof, is een van de weinig overgebleven begijnhoven in Nederland. De ruzies om het geloof zijn de reden dat de begijnhoven in Nederland zijn verdwenen. Echter in Breda hebben de begijnen altijd de bescherming gehad van de Nassaus, zelfs in tijden dat de katholieke godsdienst verboden was tot omstreeks 1800.Franse tijd.

Waalse Kerk

In de Waalse Kerk zal dit jaar voorstellingen gegeven worden door het middeleeuws theatergezelschap ‘Theater van de Droom’. Met een poppenspel wordt een middeleeuwse poppenspeler uitgebeeld, die verhalen verteld uit die tijd.

Waalse Kerk

De Kapel werd in 1428 gesticht door Johanna van Polanen, vrouw van Engelbrecht I van Nassau Heer van Breda, De kapel werd vernoemd naar de Heilige Wendelinus. .De kapel zou vermoedelijk onderdeel van een klooster gaan worden, bestemd voor wat genoemd werden; vrome mannen. Het klooster als zodanig is er niet gekomen.

De bouw van de kapel blijkt een duurzame investering te zijn. Maar daarnaast voor Johanna ook een kostbare investering. Na het overlijden van haar man Engelbrecht I, verkocht zij zijn bijzonder kostbare en luxe kleding. Door de eeuwen heen is de kapel geliefd. Sinds 1535 ligt het Begijnhof dankzij de Nassaus naast deze kapel. Het werd de kapel voor de begijnengemeenschap. Na de inname van de stad Breda door Prins Maurits, dankzij de list met het Turfschip in 1590, is de kapel in gebruik als protestantse/ Waalse kerk. Dit als “als dank” aan Charles de Héraugière  voor het veroveren van de stad Breda door hem. Tijdens de Tachtigjarige oorlog wisselden Breda en de kerken, regelmatig van eigenaar. Dan weer protestants, dan weer katholiek. Zo ook de kapel van de begijnen. In 1637 werd het uiteindelijk definitief de Eglise Wallonne/Waalse kerk. Dus tot op de dag van vandaag. Maar nu wel met een stichtingsbestuur dat zich inzet voor gebruik van deze kerk door alle bewoners van de gehele stad.   

Stadhuis

In de hal van het stadhuis hangt een kopie van de Overgave van Breda in 1625, ook wel genoemd ‘Las Lanzas’, oorspronkelijk werk van de Spaanse schilder Diego Velázquez (geschilderd in de periode1634/1635). Verspreid in de ruimten op de begane grond, waaronder de huidige trouwzaal van het stadhuis bevinden zich diverse portretten van de Nassaus en belangwekkende figuren, alsmede andere voorwerpen uit die tijd.

Met Bureau Cultureel Erfgoed van de gemeente zal bij deze verschillende schilderingen, portretten etc. nadere uitleg gegeven worden. Bezoekers zijn op de Nassaudag welkom in het stadhuis om deze zaken nader te bekijken

Stadhuis

Het stadhuis stamt uit de 13e of 14e eeuw. Het was van steen gebouwd, tussen de vele houten huizen, in de vorm van een onderkelderd zaalhuis van 21 bij 9 meter, verdeeld in een zaal van 13 meter en een kamer erachter van 6,5 meter diep. Boven was de kamer van de stadklerk. Op het stadhuis van Breda naast vond in 1494 een belangrijke vergadering plaats van de orde van het Gulden Vlies.

Tijdens de grote stadbrand van 1534 had het stadhuis grote schade opgelopen, maar het muurwerk en de zolderingen waren in tact gebleven. Bij de nieuwbouw werden de gronden van de verbrande panden aan beide zijden gebruikt voor uitbreiding van het stadhuis met twee nieuwe panden. Als architect wordt genoemd Jan Otten van Galen. Hoewel het stadhuis weer in gebruik werd genomen in januari 1537, was de gehele uitbreiding pas klaar in 1548. In latere jaren werd een vierde pand toegevoegd aan het stadhuis.

Tussen 1766 en 1768 werden de vier panden, waaruit het stadhuis bestond, van één nieuwe gevel voorzien, naar een ontwerp van Philip Willem Schonck. De gevel met een daklijst als afronding, kreeg een hardstenen poort, waarboven Vrouwe Justitia, en een bordes met leeuwen als centraal element. De leeuwen dragen de wapens van Breda en Brabant. Portretten van de Nassaus en Oranjes werden binnen toegevoegd.

Huize Ocrum/Nieuwe Veste

Met de, gedeeltelijk, in dit pand gehuisveste Nieuwe Veste is de afgelopen jaren een steeds uitgebreider programma samengesteld. Ook in 2025 zal educatie een belangrijk thema zijn bij de verschillende activiteiten. Met name gericht op de (jongste) jeugd zal de Makers Base een eigentijds programma inrichten gekoppeld aan de activiteiten op het binnenterrein, er zullen voorleessessies voor de allerkleinsten worden verzorgd.

Op de binnenplaats wordt het Raamproject van de Eindhovense kunstenaar Tom Heerschop gepresenteerd. Gekoppeld aan dit project zal het Atelier glas-in-lood Breda, het ambacht van het maken van glas – in – lood ramen demonstreren en daarbij uitleg geven.

Huize Ocrum/Nieuwe Veste

De hoofdingang bevindt zich in de Sint-Janstraat 18. Ernaast staat het huis Hersbeek en iets verderop bevindt zich de Sint Antonius Kathedraal Het is een roodgekleurd huis. Het grootste gedeelte was tot ongeveer 1500 in het bezit van de familie Van Zelbach. Vanaf 1505 was het van Hiëronymus van Oisterzeel. In 1534 werd het huis herbouwd na een stadsbrand. In januari 1536 kocht Jean de Hocron (Ocrum) een stuk grond met de restanten van het afgebrande huis. In datzelfde jaar werd begonnen met de bouw van een nieuw huis. Jean de Hocron was hofmeester van Rene van Chalon. Rene erft het prinsdom Orange via zijn moeder Claudia van Chalon, tweede vrouw van Hendrik lll van Nasaau.  Hij is de eerste Prins van Oranje én Nassau. In de tuin staan 450 jaar oude Moerbeibomen.

Van 1577 tot 1610 was het gebouw als Augustinessenklooster in gebruik, van 1625 tot 1637 samen met nr 16 als Jezuietenklooster, later kazerne en kunstacademie St. Joost. Tegenwoordig huisvest hier Nieuwe Veste, centrum voor de Kunsten, ingang Molenstraat 6.

Hotel Nassau Breda

Ook dit jaar zal Hotel Nassau Breda weer onderdeel uitmaken van ons programma. Zij stelt haar deuren open en verzorgt in de kapel enkele voordrachten over de Nassaus, gehouden door ‘Willem van Oranje’, gespeeld door Dhr. P. Janse.

Ontdek deze luxueuze, historische locatie. Op 9 juni is de kans om door middel van een rondleiding dit gebouw te ontdekken.



Stand-up history in Hotel Nassau Breda!

Tijdens de Nassaudag houdt Willem van Oranje-Nassau in eigen persoon de luchtige en boeiende voordracht “Breda Stad des Vaderlands” over de hoofdrol die zijn stad Breda speelde bij de stichting van de staat Nederland.

Duur: 45 minuten.
Om 13.00; 14:00; 15:00 en 16.00 uur in de mooie kapel van het hotel.

Ter lering en vermaak, komt dat zien!

Kasteel Bouvigne

De Nieuwstraat is een van de oudste straten van Breda. Al op net stratenplan uit 1350 komt ‘De Nieuwe Strate’ voor. Achter de Nieuwstraat bevond zich de eerste omwalling van de stad (voltooid in 1410).

De komst van de Polanens (14de eeuw) en later ook de Nassaus (15de eeuw) naar Breda, zorgde ervoor dat ook andere adellieden zich hier gingen vestigen. Zij bouwden grote huizen, adellijke woningen of hofhuizen genoemd. Aan de zuidzijde van de Nieuwstraat verrezen niet minder dan vier van dergelijke grote woningen (waarvan er nu nog drie bestaan) door invloed van de familie Bruheze. Hier woonden edellieden, die allen op hun manier verbonden waren met het nabijgelegen Kasteel van Breda en hun bewoners.

Het eerste huis, Nieuwstraat 21, bleef lang eigendom van de familie Bruheze. Pas in 1539 krijgt het huis zijn huidige naam: Huis Waelwijk. Huis Waelwijk aan de Nieuwstraat heeft een belangrijke rol gespeeld, toen de Vrede van Breda werd getekend. In de woning werd namelijk het gevolg van de Zweden gehuisvest. De Zweden waren gevraagd als neutrale bemiddelaar. 

Waarom nu juist in Breda? Koning Karel II van Engeland verbleef in 1660 al eens zes weken op het Kasteel van Breda, als logé bij zijn zus Maria Henriëtte Stuart, de weduwe van Willem II van Oranje. Vandaar dat er destijds uiteindelijk voor onze stad is gekozen.

De naam Bruheze wordt wel verbonden met de middelste hofwoning, nu Nieuwstraat 23. 

Van 1628 tot 1640 waren een aantal panden en het Huis van Assendelft in handen van de Minderbroeders Franciscanen, die er een klooster hadden, dat ze in 1640 verkochten.

De meeste historiek gaat uit naar de woning aan Nieuwstraat 25, het huis Assendelft. Al in 1371 wordt het aldaar gevestigde huis door Jan van Polanen III, Heer van Breda, gekocht. Na enkele generaties van zonen en bastaardzonen, vererfde het huis in 1508 aan Adriana van Nassau, die met hofedelman en schout Dirk van Assendelft getrouwd was.

Het Huis Assendelft was van 1806 tot 1840 in gebruik als weeshuis. In 1849 vestigde de Orde der Franciscanessen zich in het Huis Assendelft en hernoemde dit in “Het Liefdegesticht der zusters Franciscanessen”. Het torentje van Assendelft is één van de meest zichtbare elementen, die behouden zijn gebleven na een grondige verbouwing. In 1871 bouwden ze er nog een nieuwe kapel aan.

In 1934 werd het klooster uitgebreid door de aankoop van het huis Bruhese en in 1951 met de koop van het huis Waelwijk. In 1991 werd het complex verlaten. Na een langere periode van tijdelijk gebruik en leegstand werd vanaf 2013 het complex gerestaureerd en in 2019 werd het huidige hotel Nassau Breda geopend.

Chassépark

Roofvogelshow
De jacht met roofvogels was een geliefde vrijetijdsbesteding van de Nassaus. Middels een educatieve roofvogelshow kan het publiek kennis maken met verschillende aspecten van deze jacht, maar ook kennis opdoen van de verschillende soorten roofvogels. Deze werd oorspronkelijk beoefend in het Valkenberg. Aangezien het niet mogelijk is in dit park een dergelijke show te organiseren vanwege de aanwezigheid van veel klein pluimvee, is gekozen voor de ruime en rustige omgeving op het Chassépark. De show heeft vooral een educatief karakter voor jong en oud. De oorspronkelijke sterk verwaarloosde of gewonde vogels zijn door de organisatie opgevangen en is een beter leven gekregen. Om deze opvang blijvend mogelijk te maken wordt door middel van shows de benodigde middelen verzameld.

Oude ambachtenmarkt:
De lokale gilden en ambachtsgroepen speelden een belangrijke rol in de ontwikkeling van de stad. Schuttersgilden, die hielpen bij de verdediging van de stad, godsdienstige gilden en gilden van beroepsgenoten waren de verenigingen waar je verplicht was je bij aan te sluiten, wilde je zelfstandig een beroep uitoefenen. De gilden maakten onderling afspraken over prijzen, productiewijze en transport en verschaften elkaar sociale zekerheid. Zij waren nauw betrokken bij het stadsbestuur en in ambachtsbrieven werd vastgelegd hoe deze groepen georganiseerd dienden te zijn.
Op het Chassépark zullen demonstraties van oude ambachten worden gehouden, zoals die in de tijden van de Nassaus in de stad werden beoefend. Op interactieve wijze zal omstanders de gelegenheid worden geboden om zelf het ambacht uit te oefenen. Een uitbreiding van de activiteiten wordt in 2025 voorzien.

Speciaal voor de kinderen en gezinnen
Door het aanbieden van oudhollandse en historische spelletjes wordt inzicht gegeven in de wijze waarop kinderen in het verleden werden vermaakt. Tevens zal de Maliebaan worden ingezet, die deel heeft uitgemaakt van het project Speelhuis in 2023 door CrossArts.

Kasteel Bouvigne

Gedurende de gehele dag zijn het kasteel en de tuinen open voor het publiek. Gespecialiseerde gidsen zullen met name in het kasteel rondleidingen verzorgen.

Tussen het centrum en Bouvigne laat de stichting een paardentram rijden, zodat op de Nassaudag beide locaties kunnen worden bezocht. In het centrum kunt op het Van Coothplein op deze paardentram stappen. Op deze wijze zijn beide locaties op een aantrekkelijke, en milieuvriendelijke, manier met elkaar verbonden. De route gaat via de Ginnekenweg (heen) en de Baronielaan (terug).

Hotel Nassau Breda

Hoe oud Kasteel Bouvigne precies is en of het er vroeger hetzelfde uitzag als nu is niet bekend. Vanaf 1494 was er sprake van een omwaterd stenen huis. In 1554 dook het voor het eerst op in een officiele acte: het testament van de vroegere eigenaar Jacob van Brecht. In dit testament werd het kasteel omschreven als een statig stenen huis, omgeven met grachten.

Voor ƒ 27.000,00 kocht Philips Willem, oudste zoon van Willem van Oranje de Boeverijen op 8 oktober 1614. Hij gebruikte het voornamelijk als jachtslot. In 1618 overleed Philips Willem, waarna het in eigendom van zijn halfbroer Maurits kwam. Deze liet echter een ander jachthuis bouwen: het Speelhuis in de Belcrum. Ook latere prinsen hebben maar zelden van de Boeverijen gebruik gemaakt.
In 1623 kreeg de schout van Ginneken, Michiel van den Eynde, toestemming op in het kasteel te gaan wonen. Bij kasteel Bouvigne werd voor de troepen van de insluiting (1624/25) brood gebakken en bier gebrouwen. Het beoogde rantsoen kwam neer op een dagverbruik van 17.000 broden en 10.200 liter bier. Het benodigde water kwam uit de Mark.

Op 11 januari 1625 kreeg hij van Maurits een acte van Sauvegarde, echter nadat Spinola Breda in handen had werd moest hij eruit en kreeg boswachter Jacob Gielisen het recht daar te wonen, omdat zijn woning wegens het beleg was afgebroken. Tijdens het beleg werden hier de pestlijders verpleegd.

Tijdens de belegering van Breda door Frederik Hendrik in 1637 logeerden op het kasteel, dat toen als commandopost diende, de zogenaamde “gecommitteerden te velde”, de afgevaardigden van de Staten Generaal “om den veldheer met haeren raet te helpen”.

Stadhouder Willem III had Peter Bartholomeus van Exsel aangesteld als “bewaarder” van het slotje. In 1665 werd ook rentmeester der Geestelijke Goederen Johan van der Kaey woonruimte verschaft. Beide heren kwamen niet goed overeen en Johan wist bij Willem te regelen dat Peter op 10 februari 1669 uit het complex werd verwijderd. Kaey bleef er wonen, hoewel hij ook een huis aan de Katerstraat (nu Catharinastraat) had. Hij betaalde ƒ 125,00 huur per jaar.

In 1774 was het kasteeltje dermate verwaarloost dat Willem V het te koop aanbood om het te laten slopen. Hiertegen kwam er onrust in de omgeving. Een metselaar en timmerman/molenaar deden een bouwkundig onderzoek en konden het kasteeltje voor relatief weinig geld opknappen.
Op 12 september 1775 werd het met twee percelen weiland voor ƒ 8.000,00 verkocht aan de in Ginneken wonende West-Indische koffieplanter Jan Daniel Engel.

Sinds 1972 is het eigendom van het Waterschap Brabantse Delta.

Locaties

Nassaulezing 9 juni

Op Pinkstermaandag 9 juni zal weer de traditionele Nassaulezing plaatsvinden in de Grote- of Onze Lieve Vrouwe kerk te Breda.

De lezing wordt verzorgd door Luc Panhuysen, schrijver van verschillende historische boeken. Zo schreef hij onder andere boeken over het Rampjaar 1672 en over de gebroeders de Witt. Het boek “Oranje tegen de Zonnekoning” werd een bestseller. In dit boek betreft de “Oranje” Willem III, stadhouder van de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden én koning van Engeland. Over deze Nassau zal de lezing gaan.

Nassaulezing Stadhouder-Koning Willem III van Oranje-Nassau

door Luc Panhuysen

Plaats:  Grote- of Onze Lieve Vrouwe kerk Breda
Tijd: 19:30 uur (kerk open vanaf 19:00 uur)

Entree is € 10,-

Voor leden Breda en ommeland is toegang gratis.
Overige erfgoedverenigingen, vrienden van de Grote Kerk en Stedelijkmuseum Breda, cursisten van Historisch Breda: € 8,-

Betaling aan de deur bij binnenkomst (contant of pin).